Wethouder – democratie: 1-0
Hoe langer ik gemeenteraadslid ben – en dat is pas sinds 2014 – hoe meer ik begin te beseffen dat de volksvertegenwoordigers en daarmee het volk op achterstand worden gezet. Het lukt ons niet om de democratie te handhaven.
Een klein bericht in de krant bracht me uiteindelijk op die gedachte. Burgemeesters en wethouders krijgen per 1 januari een salarisverhoging. Een beetje wethouder in een middelgrote gemeente, zoals Meierijstad, schiet er zo’n honderd euro bruto per maand mee op.
Wethouders krijgen een salarisverhoging en raadsleden krijgen er geen cent bij. En er is bijna geen gemeenteraadslid die er wat van durft te zeggen. Voor je het weet word je weggezet als zakkenvuller. Maar oneerlijk is het natuurlijk wel. Zeker als ik mijn maandelijkse vergoeding van 1600 euro bruto deel door het aantal uren dat ik er druk mee ben.
Een krantenbezorger verdient per uur meer. Echt.
Genoeg gezeurd over geld. Dan nu waarom dat verschil in beloning tekenend is voor de positie van raadsleden en van de dagelijks bestuurders bij een gemeente. Dan nu wat het allemaal nog erger maakt.
Het debat van komende donderdag in de raadscommissie in mijn gemeente, dát maakt het erger. Net als zowat alle debatten die er al waren en die er nog komen.
Want ik heb niet de tijd die de wethouder heeft om zich schrap te zetten voor dat debat. Ik heb overdag ander werk, ’s avonds allerlei bijeenkomsten en vergaderingen en ik moet de enorme reeks van stukken in verloren ogenblikken lezen. Gisteren viel er een lange brief van een advocaat in mijn mailbox over een heikel lokaal thema. Inclusief bijlagen meer dan tien pagina’s. En dan wil iemand over een specifiek agendapunt nog met mijn fractiegenoten en mij babbelen. Ik zoek me suf in een gaatje in mijn agenda.
Tegenover me vind ik donderdag de wethouder en die wethouder heeft van ons debat zo ongeveer zijn dagelijks werk gemaakt. En hij heeft ook nog eens tientallen ambtenaren om zich heen verzameld. Die ambtenaren zijn er op papier ook voor mij, maar in praktijk vooral voor de bazen die ze zowat dagelijks tegenkomen. Voor de wethouders dus.
In Elsevier Weekblad schreef columnist Geerten Waling het onlangs zo: ‘De gemeenteraad die de uitvoering van het beleid moet controleren bestaat uit welwillende amateurs, die niet opgewassen zijn tegen de professionals: wethouders en ambtenaren die fulltime zijn aangesteld en beter zijn ingevoerd en opgeleid’.
In Meierijstad staan 35 raadsleden met zowat lege handen tegenover een burgemeester, zes wethouders en ongeveer 550 ambtenaren. Die hun werk hele dagen doen en niet in verloren avonduurtjes. Die strijd is niet te winnen. De verliezer is de volksvertegenwoordiger en dus het volk en dus de democratie.